Wanneer ik terugdenk aan de module die de Nederlandse modelbouwer Ted Polet liet zien op de Smalspoordagen in het Zuidhollandse Valkenburg eind vorig jaar – zie mijn artikel over het Diorama Creag Dhubh Summit – bedenk ik me dat op Groot Brittannië georiënteerde modelspoorders toch op een andere manier hun banen bouwen dan de meeste Nederlanders. Ik wil daar iets meer over vertellen omdat die manier van banen bouwen een heel andere dimensie heeft.

Nederlandse en Engelse modelspoorders

Zoals je in mijn nieuwe boek – Modelspoor Handboek (zie www.modeltreinen.org/) – kunt lezen, is het Nederlandse modelbouwen vooral gericht op het realiseren van een rondlopende baan. Die mag strak langs de randen van de modeltafel lopen (zodat je in het midden van de tafel allerlei aparte gebieden – thema’s – kwijt kunt) of diverse ‘kronkels’ vertonen. Want we houden er in Nederland (en trouwens ook in Vlaanderen en in Duitsland, de bakermat van het modelspoor bouwen) van om treinen in diverse samenstellingen door ons miniatuur landschap te laten rijden. Het liefst bij avond, zodat de baanverlichting volop brandt en ook de treinen mooi verlicht door het landschap ‘razen’. Over bruggen, viaducten, langs dorpen en steden, bij voorkeur ook door heuvels zodat er lekker veel rijlengte wordt gevonden.

Brits Modelbaan Cornard

Brits Modelbaan Cornard

Het tot in de kleinste details nabouwen van bijvoorbeeld een station, een fabrieksterrein, een havengebied op een relatief klein stukje modeltafel (een moduleplaat of een dioramaplaat) lijkt ons Nederlanders/Vlamingen/Duitsers (zelfs Zwitsers en Oostenrijkers!) wat minder goed te liggen. Want op zo’n plaat kun je geen rijlengte realiseren. Sterker nog, er komt geen kronkeltracé aan te pas… Al maken veel Britse modelbouwers wél een baanstuk met bogen. Maar dat is om een mooi stukje scenery weer te geven.

Voorbeeld 1 Britse spoorweg modelbouw: Cornard baan

Brits modelbaan Cornard Fig 01

Brits modelbaan Cornard het sporenplan Fig.1

Neem nou het sporenplan van de Cornard baan (fig. 1). Deze modelbouwer neemt een 2.40 meter lange plaat en gebruikt ‘slechts’ beperkt de breedte. Ook al heeft hij 1.20 meter beschikbaar! Maar door een achterwand over het midden van de plaat te plaatsen, zie je niet wat hij daarachter uitspookt.

Brits Modelbaan Cornard de achterwand suggereert diepte

Brits Modelbaan Cornard de achterwand suggereert diepte

En er is nog iets belangrijks. Aan de linkerzijde verdwijnen beide sporen in een tunnel onder het kanaal. Daarmee onttrek je de activiteiten die achter de achtergrond plaatsvinden, aan het blikveld van het publiek. Rechts verdwijnt het spoor door de tunnel onder de autoweg.

Het stationsplein

Het belangrijkste is dus de bouw van het station dat nota bene aan een enkelsporige lijn ligt maar door de beide perronsporen en het laad- en losspoortje linksboven de indruk wekt een groot station uit te beelden. Dan is er nog het mooie kopspoortje langs het middenperron en de goederenloods met binnen liggend losspoor dat onder dat kopspoor getekend is.

Britse spoorweg modelbouw Brits Modelbaan Cornard het stationsplein

Britse spoorweg modelbouw: Brits Modelbaan Cornard het stationsplein

Het loodsspoor gaat linksonder naar een (onzichtbaar) industrieterrein en dus kun je steeds andere goederentreinen laten binnenlopen en vertrekken. Doordat er zowel aan de linkerkant als aan de rechterkant een aansluiting is op een zogeheten ‘fiddle yard’ (een plaat met in dit geval 10 sporen die je langs het aansluitspoor schuift, zodat je minimaal 9 verschillende treinen gereed hebt staan om het station binnen te rijden – zie ook het Modelspoor Handboek –  www.modeltreinen.org/ ) heb je veel mogelijkheden om van treinsoort te wisselen.

Brits Modelbaan Cornard de fiddle yard

Brits Modelbaan Cornard de fiddle yard

De moraal is dat de Britse modelspoorder de nadruk legt op het prachtig volbouwen van dat stukje zichtbare baan (het stationsgebied) en zich verder alleen bezighoudt met het – volgens dienstregeling – binnenrijden en weer laten vertrekken van zijn mooie verzameling treinen. Hij maakt er foto’s van en suggereert dan dat zo’n bepaalde trein is binnengelopen of door het station gaat als sneltrein. Wanneer er bezoekers zijn, laat hij de treinen vanaf de fiddle yard komen en rangeert er mee langs het perron of op de opstelsporen. En dat is heel wat anders dan een heel landschap bouwen om rondrijdende treinen te tonen.

Voorbeeld 2 Britse spoorweg modelbouw:  modelspoorbaan langs de wand Bath Green Park

Brits modelbaan Bath Green

Brits modelbaan Bath Green het sporenplan

Een ander idee is het bouwen van een ‘langs de wand’ baan met – ook nu – alleen een compleet toegerust stationsgebied. De (foto) achterwanden suggereren de aanwezigheid van een stad en waar mogelijk wordt een modelgebouw neergezet. Bath Green Park is een grote modelbaan met uitsluitend industriële activiteiten en faciliteiten voor het spoorwegbedrijf. Je vindt er lokloodsen, bekolingsinstallaties (er wordt uitsluitend met stoomtractie gereden), goederenlos- en laadplaatsen en helemaal rechts van de tafel een overdekt reizigersstation.

Brits modelbaan Bath Green de lokloods

Brits modelbaan Bath Green de lokloods

Alle treinbewegingen zijn rangeerbewegingen. De reizigerstreinen vertrekken vanuit de rechterhoek naar het niet zichtbare opstelstation (schaduwstation) linksonder. Doordat het hele sporenplan een tafellengte heeft van meer dan 10 meter, is de reizigerstrein een aardig tijdje onderweg vanaf het schaduwstation naar het reizigersstation en terug.

Brits modelbaan Bath Green de stationsoverkapping. De achterwand is geschilderd en suggereert een loopperron (het zijn kopsporen). Lok omlopen gebeurt via de sporen in de bogen in de linkerhoek van de tafel

Brits modelbaan Bath Green de stationsoverkapping. De achterwand is geschilderd en suggereert een loopperron (het zijn kopsporen). Lok omlopen gebeurt via de sporen in de bogen in de linkerhoek van de tafel

De diverse goederentreinen worden naar de verschillende industrieën gedirigeerd en de lokomotieven gaan keurig netjes volgens dienstregeling naar de slakkenkuil, de waterkolom en de bekoling of de werkplaats voor groter onderhoud.

Het hele complex van Bath Green Park neemt relatief weinig ruimte in langs de wanden (de breedte is beperkt) maar er is voor jaren werk aan het volbouwen van de tafels met allerlei details.